GIVE US BACK KURT COBAIN AND WE WILL SEND YOU MARTYN JOSEPH

DSC08007.JPGGive us back Kurt Cobain and we will send you Martyn Joseph! Na het pathetische concert van de arrogante Welshman Martyn Joseph in Toogenblik had ik godmiljaar veel goesting om Joseph zijn uitgestalde vier Perfectly Good Guitars Cobain-gewijs aan splinters te smashen. Maar omdat ik niet wilde gelyncht worden door de aanwezige ladderzatte horde Britse hooligans heb ik mijn woede dan maar gekoeld door nadien op de terugweg “Nevermind” van Nirvana loeihard door de wagen te laten scheuren. En thuis heb ik vervolgens “Reign In Blood” van Slayer na ettelijke jaren nog eens uit de kast gehaald. Een mens zou van minder onzin als “Beste Bono en  Ed Kowalczyk, alles is vergeven en vergeten!” beginnen uit te kramen. Nooit eerder ben ik tijdens een concert zo geïrriteerd geraakt dat ik het halverwege al ostentatief wilde afbollen. Maar Toogenblik zat jammer genoeg bomvol, zodat ontsnappen onmogelijk was. En daarom heb ik het volle twee uur durende concert van Martyn Joseph uit pure onmacht wel moéten uitzitten en ondergaan. Een mensonterende foltering was het, waardoor ik overweeg om een fikse schadevergoeding van Martyn Joseph te eisen voor het opgelopen leed. Er zijn masochisten die zich negen jaar lang gewillig laten martelen, maar niet deze onnozelaar.

 

Sinds 1983 verkondigt wereldverbeteraar Martyn Joseph zijn naïeve Blijde Boodschap middels honderden variaties op diezelfde clichématige ene song die hij ooit schreef. Ik was er al die tijd gelukkig van gespaard gebleven. Helaas kruisten onze levenswegen mekaar 27 jaar later in Toogenblik en ik wou dat ik dat stuk opgezwollen poseur-met-wereldsterallures nooit had ontmoet op mijn levensweg. Het gevoel zal allicht wederzijds zijn, want middenin zijn set vuurde ik een bliksemschicht uit mijn gifgroene ogen af op de vogelkooi op de piano, waardoor die jammer genoeg niét over Joseph zijn idiote kop, maar op een stuk van zijn snoeverige technische installatie belandde. En bij het afscheid beantwoordde ik Joseph z’n uitgestoken hand met een welgemeende middelvinger. Het zal ‘m leren, dat stuk omhooggevallen poseur, die zich tegelijk Sting, Bryan Adams, Bruce Springsteen én Elvis Presley waande. Niét iedereen heeft immers een boodschap aan zoveel gezwollen, melodramatische pathos en bovendien kan dergelijk prekerig gezeik een omgekeerd effect hebben op asociale misantropen als ik. Zoveel menslievendheid kan immers ook het slechtste in een mens naar boven halen.

 

Nochtans keek ik enigszins uit naar het concert van Joseph vanwege de vele positieve berichten die me over de man bereikten. Joseph wordt bovendien constant vergeleken met Held Bruce Springsteen, maar dat bleek volkomen onterecht. Nuja, Joseph zou maar al te graag Bruce Springsteen willen zijn, want hij verweefde stukken “Radio Nowhere” en “Dancing In The Dark” in z‘n songs en bracht op de koop toe ook een weinig bezielde, eerder zielige cover van “One Step Up”. Zodoende legde hij alleen maar het hemelsgrote kwaliteitsverschil tussen zijn eigen mislukte probeersels en het échte werk van een Grootmeester als Springsteen pijnlijk bloot. Bovendien was Joseph zijn analyse van “One Step Up”, terwijl hij het nummer uitvoerde, compleet misplaatst en totaal irrelevant. Mag ieder zijn eigen interpretatie misschien nog invullen van een Grootse Wereldsong als “One Step Up” ja? Niet volgens Joseph dus, wiens belerende, betweterige toontje op den duur serieus op mijn zenuwen werkte. Stenen, nee, betonnen kloten kreeg ik ervan. Alsook van het “vrolijke, vrolijke vrie-ienden”-sfeertje dat hij creëerde door zijn maar al te gewillige publiek constant aan te manen tot meezingen, waardoor zijn songs uitgroeiden tot hersenloze voetbalhymnen. En als er iets is waarvan ik spontaan allergie-aanvallen, huiduitslag én diarree krijg, zijn het wel hersenloze voetbalhymnen.

 

Nooit gedacht dat ik uitgerekend in Toogenblik de term “stadionfolk” zou bedenken. Bovendien zijn Martyn Joseph-songs eigenlijk K3-songs à la “Alle Kleuren” met kapsones. Welke songs hij dan bracht? Geen idee en ik heb eerlijk gezegd geen zin om navraag te doen, laat staan mijn opnames te bekijken en te analyseren. Ik wil het concert van Martyn Joseph dan ook liefst zo snel mogelijk vergeten. Zijn songs waren in ieder geval zowat allemaal doorspekt met de holle woorden “Peace”, “Freedom”, “Love”en “Hope”. Zou een heel klein beetje oorlog soms niet beter kunnen zijn, vroeg Stijn Meuris zich ooit af. Stijn Meuris heeft gelijk, besef ik sinds de passage van vredesduif Martyn Joseph in Toogenblik. Jammer genoeg was ik mijn vlammenwerpers, granaten en ander oorlogstuig thuis vergeten.