Vooraleer de luiken van het muziekjaar 2004 definitief toe te klappen en te vergrendelen met een paar stevige hangsloten kijk ik nog een laatste keer terug naar wat een rijk gevuld muziekjaar was. Tenminste; dat stel ik vast als ik er mijn rijk gevulde cd-kast van dit jaar eens op nakijk. Maar was het daarom ook een goed muziekjaar? In een eerdere blog had ik zonder erbij na te denken zelfs geschreven dat het een uitstekend muziekjaar was. Nu ik de inhoud van die cd-kast eens overlopen heb, moet ik dat toch wat nuanceren. Zeker, er zijn dit jaar een pàk goeie cd’s verschenen, dat is een feit. Maar bij het samenstellen van een eindlijstje heb ik toch eerder moeite om dé ultieme 10 cd’s bijeen te harken die het verdienen om in mijn persoonlijke Top 10 van 2004 te pronken. Er verschenen namelijk tientallen albums die kwalitatief aan mekaar gewaagd zijn, waardoor het zoeken is naar de 10 échte uitschieters. Bloglezers met een slecht karakter zullen dit wellicht wijten aan het feit dat ik de verkeerde albums gekocht heb. Wel, misschien hebben ze wel gelijk, want ik heb bijvoorbeeld de nieuwe Clouseau niet gekocht. En hoewel ik daarmee wellicht dé ultieme essentiële cd van 2004 heb gemist, ga ik hem, koppig als ik ben, toch niet kopen. Al was het maar om het mezelf niet té gemakkelijk te willen maken in het samenstellen van dat vervloekte eindlijstje. Opnieuw beginnen dus en een andere methode proberen om tot een valabele Top 10 te komen. Misschien moest ik maar eens proberen om van iedere maand hét sterkste album te selecteren. Logischerwijze begin ik dus de cd-aankopen in de maand januari te ontleden.
Samen met de sneeuw dwarrelde de eerste week van januari met ‘A life on standby’ van het Belgische Mud Flow de eerste cd-release van 2004 uit de lucht. Een mens moet ergens beginnen en dus was dit ook meteen mijn eerste cd-aankoop van 2004. De plaat bleef wekenlang in mijn cd-speler kleven. Niet dat die plaat nu zo uitzonderlijk goed was. Dat had eerder te maken met het simpele feit dat er in die periode nog geen noemenswaardige nieuwe cd-releases waren die de moeite waren om aan te schaffen. Want hoewel ik ‘A life on standby’ die eerste weken van januari ettelijke tientallen keren beluisterd heb, is er mij niets meer van bijgebleven, uitgezonderd het heerlijke melodietje van het bedrieglijk luchtige popnummertje ‘Today’.
Naast ‘A life on standby’ van Mud Flow kocht ik me in januari ook nog ‘Kleine blote liedjes’ van Eva De Roovere, ‘Wheels of fortune’ van The Flatlanders, ‘Ghosts of the great highway’ van Sun Kil Moon en ‘Trading snakeoil for wolftickets’ van Gary Jules. Misschien dat Eva’s blote tietjes me beter waren bijgebleven, want buiten de op Radio 1 kapotgedraaide single ‘Op een hoopje’ hadden de overige liedjes weinig tot niets om het lijf. En het rad van fortuin van The Flatlanders ging na 5 beluisteringen al even hard irriteren als het gelijknamige TV-programma. Voorts raad ik Sun Kil Moon-frontman Mark Kozelek ten stelligste aan zijn Red House Painters nog eens bijeen te roepen, want zijn ‘Ghosts of the great highway’ zijn ook al niet in mijn hoofd blijven rondspoken. En die 15 euro voor die cd van Gary Jules tenslotte, was al bij al toch ook maar een slechte ruil. Bovendien: wie herinnert zich vandaag die Gary Jules nog? Ach ja, ook hij zal ondertussen tot het besef gekomen zijn dat we in een mad world leven.
Wat is dan wél de ultieme uitschieter van de maand januari geweest, vraagt u zich misschien inmiddels terecht af? Wel, dé plaat die het hele jaar door en vooral tijdens regenachtige dagen zijn weg naar de cd-speler vond, was ‘People are like seasons’ van Sophia. Het was meteen liefde op het eerste gehoor tussen mij en de plaat en naarmate het jaar vorderde bloeide die liefde, samen met de ontluikende voorjaarsbloemen, per luisterbeurt zelfs nog verder open. Songs als het verstikkend intense ‘Darkness (another shade in your black)’ en het verschroeiende ‘If a change is gonna come’ die zich bij de eerste beluisteringen aandienden als de zwakke broertjes op de cd, vonden na meerdere beluisteringen uiteindelijk ook hun weg naar mijn hart. Nu blijken ze zelfs perfect in het geheel van het album te passen, terwijl dat aanvankelijk niet zo was. En hoewel ‘Oh my love’ wekenlang in de playlists van Studio Brussel geprogrammeerd stond, heeft de song na ettelijke beluisteringen nog steeds niets aan kracht ingeboet. Integendeel, het is uiteindelijk één van mijn favoriete songs van dit jaar geworden! Maar dé absolute hoogtepunten op ‘People are like seasons’ zijn wat mij betreft sinds de eerste aangename kennismaking ook nu nog steeds het tot een fenomenale climax aanzwellende ‘Desert song n°2’ en de uiterst droevige pianoballad ‘I left you’, dat eerder ook al te vinden was in een live-versie op de cd ‘De Nachten’. Rest nog de énige smet op een fantastisch album te vermelden en dat is het ronduit irritante ‘Holidays are nice’. Terwijl de meeste recensenten dit redelijk luchtige popnummer net een welkome verademing vonden tussen al het overige topzware werk, vond ik het net totaal niet passen in het geheel. Het verpest gewoon de pikdonkere herfstsfeer van het album. Maar ook afzonderlijk gaat dit nummer steeds uitermate irriteren, dus zal het wel aan het nummer zélf liggen zeker?
Desalniettemin is ‘People are like seasons’ hét album van de maand januari en zodoende mijn eerste genomineerde album dat aanspraak maakt op een plaatsje in mijn Album Top 10 van 2004. Volgende keer is het de beurt aan, u raadt het nooit, de maand februari!