NANCI GRIFFITH – Other voices, other rooms / Other voices, too (A trip back to Bountiful)
Geesten uit het verleden doemen op bij het samenstellen van deze persoonlijke album top 100. Zowel goede als kwade geesten. Het is onvermijdelijk. Iedere plaat vertelt een verhaal want achter iedere plaat verschuilen zich zowel goeie als pijnlijke herinneringen. Dat is niet anders met nr.89 ‘Other voices, too (A trip back to Bountiful)’ van Nanci Griffith. Die cd kocht ik op dinsdag 29 september 1998 tijdens mijn middagpauze in de Free Record Shop vestiging op de Chaussée d’Ixelles in Brussel. Marc Didden (md) had die dag lovende woorden in Humo geschreven over die cd. Diezelfde dinsdag werden ook de cd’s ’The miseducation of Lauryn Hill’ van Lauryn Hill, ’XO’ van Elliott Smith, ’Is this desire?’ van PJ Harvey, ‘Sunday 8PM’ van Faithless en ‘The Globe Sessions’ van Sheryl Crow in Humo besproken. Ik kocht ze diezelfde middag allemaal. Ik kreeg van de gerant tenslotte 10 % korting op al mijn aankopen. Hij probeerde me trouwens nog te waarschuwen voor die Nanci Griffith plaat. “Is dat wel iets voor u Roen, zo’n oude wijvenmuziek?” Oude wijvenmuziek. Daar had je het. Het is een term die me sindsdien nooit meer losgelaten heeft. “Goh, op het hoesje ziet het me er wel een lekkere MILF uit”, lachte ik de waarschuwing weg. Maar de gerant had gelijk, stelde ik die avond vast, terwijl ik ’Other voices, too’ halverwege de eerste luisterbeurt abrupt en respectloos onderbrak en terug in het vergeetdoosje dumpte. Het mag dan ook een wonder heten dat ik de cd in 1999 tijdens mijn eerste grote platen opruimactie niet verbannen heb naar de tweedehands winkel. In die periode werkte ik overigens in het hoofdkantoor van de Nationale Kas voor Beroepskrediet. Er was tijdens de zomer van 1998 net een grote herstructurering geweest waardoor het personeelsbestand afgeslankt was van 350 naar een 150 tal werknemers. Men had zich op slinkse wijze ontdaan van de oude garde. Jarenlange ervaring, kennis en wijsheid ging op die manier verloren en wij, de jonge overgeblevenen; de sukkelaars zeg maar, mochten puin ruimen. Alles heropbouwen. De dienst waar ik meer dan anderhalf jaar gewerkt had, werd zelfs opgedoekt en zo kwam ik op de back office kredieten terecht. Een godsgeschenk was dat. Ik werd algauw de mouwveger van de chef; een wijs man die ik als een tweede vader beschouwde en die mij ook als dusdanig behandelde. Streng maar rechtvaardig. Hij stak zelfs zijn kritiek op mijn vele cd aankopen niet weg. “Je zou dat geld beter sparen!”, luidde zijn advies voortdurend. Een advies dat ik telkens weer in de wind sloeg. Zo ook die dinsdag 29 september 1998 toen ik met de bovenvermelde cd aankopen terugkeerde naar kantoor. Zoals steeds was mijn chef benieuwd welke “rommel” ik nu weer gekocht had en hij keek in mijn FRS zak. “Wat is ’Bluebird’ nu weer?”, vroeg hij met minachting toen hij de hoes van ’Sunday 8PM’ van Faithless zag. Ik ging er niet op in en liet hem maar verder razen. Mijn collega’s en ik vonden zijn commentaren op mijn cd aankopen best wel grappig. Het is meteen de reden waarom ik ’Sunday 8pm’ van Faithless nooit weggedaan heb en ook nooit zal wegdoen. Telkens ik die hoes van die cd terugzie, moet ik immers terugdenken aan mijn toenmalige chef. Maar ik had het hier niet over die cd van Faithless. Nee, ik had het over ‘Other voices, too (A trip back to Bountiful)’ van Nanci Griffith dat ik me samen met onder andere die Faithless cd had gekocht. Jaren later zou ik de cd herontdekken, of beter gezegd, pás ontdekken, toen ik in 2002 de live plaat ‘Winter marquee’ van Nanci Griffith kocht. Ik verwenste mezelf dat ik zo’n godsgruwelijk mooie plaat jarenlang had verwaarloosd. Uit de uitgebreide liner notes begreep ik dat ‘Other voices, too’ een vervolg was op ‘Other voices, other rooms’ uit 1993. Waarop ik meteen in mijn Humo archieven dook en er zowaar een lovende recensie van Serge Simonart (ss) over die plaat in terugvond. Enkele weken later vond ik tot mijn grote vreugde een exemplaar van ‘Other voices, other rooms’ in de vergeten kelder (een Schatkamer was dat voor de echte muziekliefhebber) van de inmiddels opgedoekte Brusselse Music Mania. Het tweeluik was eindelijk compleet. Sindsdien koester ik beide plaatjes. Ze verwarmen onze ranch met hun hartverwarmende, pure liedjes tijdens zonnige, barkoude winterochtenden. Oude wijvenmuziek, inderdaad, maar ik bén een oud wijf dus mag ik er nu gerust naar luisteren.
Op haar tweeluik ‘Other voices, other rooms’ uit 1993 en ‘Other voices, too (A trip back to Bountiful)’ keert Nanci Griffith overigens ook terug naar haar muzikale verleden door vergeten songs van haar muzikale helden in het spotlicht te zetten . Het bleek een onuitputtelijke inspiratiebron, want in de liner notes in de beide cd boekjes kan Nanci Griffith niet genoeg benadrukken dat ze nog tal van artiesten had willen eren op de platen. De inspiratie voor dit covers project haalde Nanci Griffith overigens bij Rod Argent, de producer van haar cd ‘Late night grande hotel’ en tevens oprichter van The Zombies. Hij vertelde haar dat The Zombies nooit bestaan zouden hebben indien The Everly Brothers er niet waren geweest. Dankzij The Everly Brothers wilde Argent ook songwriter worden en een groep oprichten. Met zijn uitspraken zette hij Griffith aan het denken over haar eigen muzikale invloeden; over de artiesten die haar destijds hadden geïnspireerd om zelf ook songs te gaan schrijven. De kiem voor het covers project was gezaaid. Tijdens een gesprek over de onvolprezen muziek van de vergeten folkzangeres Kate Wolf vertrouwde Emmylou Harris aan Nanci Griffith toe dat songs van een vorige generatie songschrijvers slechts kunnen overleven als ze door de nieuwe generatie opgepikt worden en zodoende een nieuwe stem krijgen. Dankzij Harris haar wijze woorden wist hoe Griffith haar covers project diende aan te pakken. Ze dacht terug aan haar jeugdjaren in haar thuisstad Austin, Texas toen folkmuziek in de vroege jaren ’60 haar eerste liefde werd. Het resulteerde in wat uiteindelijk Nanci Griffith haar levenswerk zou worden. Het eerste deel van dat levenswerk verscheen in 1993 onder de titel ’Other voices, other rooms’. Met die titel verwees Nanci Griffith naar het eerste boek van Truman Capote, dat in 1948 een nieuw tijdperk in de literatuur inluidde. Jonge, veelbelovende schrijvers kondigden zich in die periode aan en tegelijkertijd kende de folkmuziek een heropbloei dankzij een nieuwe generatie singer songwriters die hun inspiratie haalden bij pioniers als Woody Guthrie, Pete Seeger, Alan Lomax en The Carter Family. Op ‘Other voices, other rooms’ katapulteert Nanci Griffith op haar beurt de muziek van Woody Guthrie naar deze tijd door zijn song ‘Do re mi’ respectvol onder handen te nemen. Naast Woody Guthrie brengt Nanci Griffith ook nog vergeten songs van ondermeer Kate Wolf, Townes Van Zandt, Tom Paxton, Gordon Lightfoot en Jerry Jeff Walker opnieuw tot leven. Maar het is tijdens de covers die Nanci Griffith samen met de originele songschrijvers brengt dat er Magie ontstaat. Zoals tijdens ‘Three flights up’ bijvoorbeeld, waarop Frank Christian zijn eigen song mag voorzien van hemelse akoestische gitaarklanken. Of ‘Boots of Spanish leather’, waarin Bob Dylan zijn mondmuziekske door zijn eigen song mag laten scheuren. Maar het meest pakkende moment op ’Other voices, other rooms’ is wat mij betreft wanneer John Prine zijn eigen ‘Speed of the sound of loneliness’ samen met Griffith mag inzingen. Met de welbekende Zuid Afrikaanse traditional ‘Wimoweh’ kent de plaat een ietwat vreemd einde, maar je hebt dan al meer dan een uur de meest wonderlijke songs gehoord, of beter: beleefd. Ondanks het succes kende de plaat pas 5 jaar later een vervolg met ’Other voices, too (A trip back to Bountiful)’. Een titel die Marc Didden overigens foutief citeerde in zijn recensie voor Humo: hij maakte er ’Other voices, too (A trip back to beautiful)’ van. Meteen de enige keer dat ik Marc Didden op een foutje heb kunnen betrappen. Dat foutje verraadt echter wel dat Didden de liner notes in het cd boekje niet grondig gelezen had. Daarin verduidelijkt Griffith namelijk de ondertitel ’A trip back to Bountiful’, die naar de gelijknamige film uit 1985 verwijst. Die film is het verhaal van een oudere vrouw die helemaal alleen Texas doorkruist om terug te keren naar haar geboortestad Bountiful. Haar mooie jeugdherinneringen zijn haar drijfveer om in haar geboortestad opnieuw levensvreugde te vinden. Haar naïeve geloof in de ongerepte ziel van haar geboorteplaats werkt aanstekelijk op de vreemdelingen die ze onderweg ontmoet. Het is vanuit diezelfde passie dat Nanci Griffith met eenzelfde overtuiging een tweede lading covers van vergeten songs brengt op ‘Other voices, too (A trip back to Bountiful)’. En met de aanwezigheid van songs van ondermeer Richard Thompson, Sandy Denny, Tom Russell, Johnny Cash en Guy Clark is deze tweede selectie covers zo mogelijk nog indrukwekkender dan de eerste op ‘Other voices, other rooms’. Met ‘If I had a hammer (the hammer song)’ krijgt deze tweede coverplaat bovendien een betere afsluiter dan de eerste. Hoor hieronder maar eens wat Nanci Griffith samen met klinkende folknamen als Richard Thompson, Odetta, Jean Ritchie, Lucy Kaplansky, Eric Taylor en het aanstormende talent Gillian Welch doet met deze Pete Seeger klassieker.
http://static.boomp3.com/player.swf?song=c130dm4pl_g
Boomp3.com
http://static.boomp3.com/player.swf?song=c130eunua_p
Boomp3.com
Dit tweeluik heb ik ook. Ronduit geweldig !
Roen, dit wordt de beste top 100 ooit…
LikeLike
Oude wijven Muziek, ik voel mij aangesproken!
‘ If I Had a Hammer ‘…deze song ontbrak in The Seeger Sessions van Bruce Springsteen. Nanci Griffith ,Emmylou Harris en Cie hebben me daarnet overtuigd’waarom’.Folk met een ‘naturel’, zoals ik deze rootsmuziek graag heb.
Wanneer The Sessions on Roen’s Ranch ?
LikeLike
@ marc: ik had niet anders verwacht. Dit wordt een lijstje om overal mee naar toe te nemen en je collectie mee aan te vullen.
LikeLike
Misschien vond Marc D. Nanci Griffith een echte ‘beautiful lady’, en had ze zijn hoofd op hol gebracht…
Ik heb het altijd erg gevonden dat country in België met een scheef oog werd en wordt bekeken, en daardoor moeilijk te vinden was en is. Nu de mainstream Americana en alt.country heeft ontdekt, zijn ook enkele meesters van de klassieke country bekendgeraakt (Johnny Cash, Johnny Cash en Johnny Cash). De echte helden zoals George Jones, Loretta Lynn, Merle Haggard en the Stanley Brothers blijven grotendeels onbekend. Zelfs van Hank Williams vind je meestal alleen maar vreselijke compilaties (er zijn enkele uitzonderingen).
Daarom was dit project van Nanci Griffith bewonderenswaardig: minder bekende folk en country aan een volgende generatie doorgeven. Alleen is Nanci om een mij onbekende reden evenmin erg beroemd, zeker niet bij ons. Maar soit. Dit blijven twee schitterende verzamelingen folk, er wordt heerlijk gezongen en gemusiceerd, de productie is niet te plat (wat sommige platen van Nanci Griffith ontsiert).
Zelf heb ik Nanci Griffith ontdekt door het erg mooie I wish it would rain. Zo heb ik mij de elpee Little Love Affairs aangeschaft, en al de rest met terugwerkende kracht, en ben ik haar blijven volgen. Maar deze twee cd’s had ik al lang niet meer opgelegd. Wat dank zij jou gisteravond werd rechtgezet.
Prachtig stukje (persoonlijke) muziekgeschiedenis, alweer.
Bij Nanci Griffith heb ik trouwens nooit aan oude wijvenmuziek gedacht. Daar heb ik Joan Baez voor! En vooral Céline Dion.
LikeLike
@ Mie:
Broes en zijn sessions volgen binnenkort Mie! Ietske hogerop.
@ Martin:
Je hebt gelijk. Ik ken ook veel te weinig van de klassieke country, laat staan dat ik het heb. Eigelijk is nanci griffith dan in haar opzet mislukt: in de liner notes van deze cd boekjes drukte ze haar hoop uit dat de luisteraar op zoek zou gaan naar de originelen. Dat heb ik niet gedaan. Op sommige originelen ben ik stoemelings gebotst. Ik ben nog te veel een slaafse volgeling van de hedendaagse muziek, vrees ik.
@ Marc & Peerke:
De beste ooit, weet ik niet. Zal ook niet, want daarvoor wordt ie veel te persoonlijk en veel te ‘modern’. Het is ook niet zo dat ik de titels vermijd die doorgaans in dit soort lijstjes vermeld worden. Meer nog: die klassieke titels komen er hoe dan ook aan. Ze staan veel hogerop. Dit lijstje wordt dan ook hoe langer, hoe vervelender naarmate ik hogerop klim. Binnenkort is de verrassingsfactor nul. Het is dan ook een lijst (zie eerste posts hierover) gebaseerd op mijn meest geapprecieerde ontdekkingen en herontdekkingen van de voorbije 5, 6 jaar.
LikeLike