Eddy Wally, David Bowie, Leonard Cohen en Prince. The Four Horsemen of Rock & Roll. Alle vier morsdood. En nu beleefde George Michael ook al zijn Last Christmas, lees ik net. Daarnaast stierven er minstens nog honderd andere muzikanten in 2016. Wen er maar aan, beste muziekliefhebber, want de verzamelde moderne popmuziekgeschiedenis wordt oud. You ain’t seen nothing yet! Neil Young, Bob Dylan, Paul McCartney, Bruce Springsteen, Mick Jagger: het zijn maar een handvol kanshebbers die in 2017 kunnen sterven. Het kan dus nog altijd donkerder, ja. Alleen Keith Richards heeft het Eeuwige Leven.
Maar eigenlijk maken we allemaal evenveel kans om te sterven in 2017. Planeet Aarde ligt immers meer dan ooit in puin. Chaos, dood en verderf heersen dankzij religieuze en politieke waanzin. Bijna acht miljard mensen & counting: natuurlijk moet dat verkeerd aflopen. Een bende onderontwikkelde apen zijn we. De verklaring is dat de evolutie van de mens in omgekeerde richting gebeurde: de eerste mensen waren intelligent, want ze wisten te overleven in onherbergzame gebieden. Nadien werden we – vooral wegens de creatie van religieuze sprookjeswerelden – mettertijd dommer en nu zijn we aan het einde gekomen van onze involutie. Eindelijk zijn we dom genoeg om onszelf en de hele planeet te vernietigen! Hoera! Iedereen haat immers iedereen. Dat zie je op de (a)sociale en de gewone media en dat ondervind je aan den lijve in het gewone dagdagelijkse leven. Tijdens mijn 12000 fietskilometers van het voorbije jaar ontsnapte ik minstens 1001 keer aan de dood. Gemotoriseerde medemensen wilden me meestal bewust van de baan maaien, omdat ze menen dat de openbare weg hun privédomein is. Een onnozele wielerterrorist als ik is dan ook een ongewenst, vervelend obstakel dat uit de weg geruimd moet worden. Op mijn beurt haat ik de gemotoriseerde medemens hiervoor en bots ik nu en dan al eens ‘toevallig’ tegen de zijspiegel van zijn gemotoriseerd moordwapen als hij ostentatief op het fietspad geparkeerd staat. En zo zijn we allemaal wel een beetje terrorist… De collectieve haat baarde dit jaar zelfs een nieuwe Amerikaanse president. Als er één man in staat is om ons definitief richting zelfvernietiging te leiden, dan is het Trump wel. Alleen daarom werd hij verkozen. Al de rest is gazettenvullerij. You want it darker? In 2017 zal er ongetwijfeld iemand op de (rode) knop duwen en het Licht definitief uitdoen. Arme Keith Richards. Hij zal wegkwijnen van eenzaamheid.
Alvorens het te laat is, wil ik nog gauw mijn muzikaal 2016 inlijsten. Niet meer zo uitgebreid als de voorbije jaren, want iedereen kijkt toch alleen maar naar de plaatjes en niet naar de onzin die ik erbij schrijf. Logisch natuurlijk, want iedereen spendeert zijn kostbare tijd tegenwoordig liever zinvol met facebookspelletjes en met zijn diepzinnige, weloverwogen meningen te ventileren op de facebookpagina en / of de website van hln. En bovendien ben ik doodmoe. Niet fysiek, maar geestelijk uitgeput. Van het hele jaar door willens nillens geconfronteerd te worden met weerzinwekkende nieuwsberichten, miljoenen opiniestukken en de bijhorende triljoenen meningen, die me telkens weer een depressie bezorgen van hier tot in de Trump Tower. Maar ik ben evengoed doodmoe van zij die in een politiek correcte kramp geschoten zijn en met hun idiote absurditeiten de gewone mensen recht in de armen drijven van lieden als Trump, Wilders, Le Pen & co. Waar ook ter wereld – van noord tot zuid, van oost tot west – houdt men vast aan culturele, folkloristische tradities, maar onze tradities moeten en zullen eraan geloven. Voor de rest gaan we wel graag met z’n allen op reis “om andere culturen op te snuiven”.
Maar goed, het muzikale 2016 dus. Er liep een Dode Draad doorheen mijn playlist van 2016 merk ik nu op mijn Google Drive Document. Na de Dood van David (Bowie) greep ik maandenlang terug naar diens back catalogus en zijn muzikale testament ‘Blackstar’. Ik heb zelfs de hele maand januari en een flink deel van februari vanwege ‘Blackstar’ getwijfeld om nog langer nieuwe releases te kopen. Wat was immers het nut om nog langer nieuwe platen te kopen? Was ‘Blackstar’ geen eindpunt? ‘Blackstar’ was een plaat die me tot nadenken stemde over de zin en onzin van mijn eigen persoonlijke fysieke muziekcollectie. Met ‘The ghosts of highway 20’ van Lucinda Williams pakte ik dan toch de draad terug op, maar die dubbelaar stelde me teleur. Ik ergerde me aan de met de jaren steeds dikker wordende southern drawl van Lucinda haar gezaag, euh, gezang. Een vette tongval die me tijdens haar concert in de AB nog méér ergerde, temeer omdat Lucinda ladderzat op het podium stond en tot voorbij halverwege meer stond te lallen dan songs te spelen. Dankzij haar ijzersterke begeleidingsband én een fenomenaal eindsalvo (het laatste half uur was ze eindelijk nuchter) werd het toch nog een goed concert. En zo had ik op iedere nieuwe release die ik kocht wel iets aan te merken. Misschien kocht ik de verkeerde platen? Ik kwam er in ieder geval maar moeilijk in, in het muzikale jaar 2016. De deprimerende actualiteit van het nog jonge 2016 en een knallend begin van de lente (Brussel, 22 maart) hielpen ook al niet echt mee.
Ik was nog maar net klaar met de back catalogus van Bowie en ik kon al een volgende catalogus uit mijn platenkast trekken wegens het onverwachte overlijden van Prince. Een overlijden dat even hard binnenkwam als de dood van Bowie en Michael Jackson in 2009. Zij behoorden immers tot mijn vroegste muzikale helden toen ik als kind in de vroege jaren ‘80 aangestoken werd door het popmuziekvirus. Jackson, Bowie en Prince bleken dan toch niet onsterfelijk te zijn, is de ontnuchterende vaststelling 30 jaar later. Na de release van de driedubbelaar ‘Emancipation’ uit 1996 liet ik nieuw werk van Prince een hele tijd links liggen. Tot in 2014 ‘Art official age’ en ‘Plectrumelectrum’ verschenen; platen die, net als ‘Hitnrun phase one’ uit 2015, bewezen dat Prince het nog kon en de belofte van een complete return to form inhielden. De digitale release van ‘Hitnrun phase two’ eind vorig jaar bevestigde die belofte. Méér nog: ‘Hitnrun phase two’ was vanwege z’n energie, passie, levenslust én het ijzersterke, positief ingestelde protestlied ‘Baltimore’ (dat dit jaar eigenlijk een wereldhit had moeten zijn) misschien wel de glijbaan tot een nieuw meesterwerk. Een meesterwerk dat er dus nooit meer zal komen en dat is jammer gezien de kwaliteiten van ‘Hitnrun phase two’. De plaat zal overigens in mijn top 50 van dit jaar staan, gezien de fysieke versie een week na het overlijden van Prince verscheen.
De hele heisa rond Prince overschaduwde onder meer de release van ‘Radio harlaz’ van Mad About Mountains; dé bevrijdende plaat die me eindelijk opnieuw leerde genieten van nieuwe releases. Bovendien bezorgde ‘Radio harlaz’ me een nieuwe muzikale rode draad in mijn playlist van 2016: vanwege de warme produktie en de in de jaren ‘70 badende countryrock sound van de plaat greep ik veel terug naar zowel (half)vergeten als klassieke platen uit de jaren ‘70. De soundtrack bij onze reis naar Italië in de zomer bestond zelfs uit niets anders dan een volle usb-stick met zo‘n duizend klassieke 70’s hits. De bergachtige omgeving rond het Gardameer is voor mij voortaan dan ook onlosmakelijk verbonden met jaren ‘70-liedjes van Cat Stevens, Al Stewart, Randy Vanwarmer, Gordon Lightfoot, Bob Seger, Poco, Eagles, Linda Ronstadt, Elton John, Carly Simon, Smokey, Albert Hammond, The Bellamy Brothers, Deep Purple, Gene Clark en tientallen andere al dan niet vergeten goden uit de jaren ‘70. Hoewel ik toen nog maar een kleuter was, heb ik toch heimwee naar die simpele, in mijn herinnering vredige jaren ‘70. men was nog vriendelijk voor elkaar, men praatte nog met elkaar, men zorgde nog voor elkaar, men luisterde nog naar elkaar, men hield nog van elkaar. Men had nog respect voor elkaar. Vriendelijke, wollige tijden. En zo klonk ook de muziek toen. “Was het vroeger echt allemaal beter?”, vroeg ik daarom aan mijn psychiater tijdens ons gesprek in de maand oktober. Mijn psychiater is rond de 60, dus hij maakte de jaren ‘70 bewust mee. Hij wees me onder meer op terreurorganisaties als het IRA, ETA, PLO, de Rode Brigade, RAF en Baader-Meinhof die in de jaren ‘70 en ‘80 actief waren en angst, paniek, dood en verderf zaaiden. En op onze eigen Bende van Nijvel en de CCC die voor een nationaal collectief angstgevoel zorgden in de vroege jaren ‘80. De Bende van Nijvel begot! Ik was ze inderdaad bijna vergeten, en daarom bekeek ik begin november enkele oude Panorama-uitzendingen op youtube. Zodoende voelde ik opnieuw de angst die ik toen als kind ervoer tijdens ons wekelijks bezoek aan de supermarkt. Iedereen was toen enorm bang om naar de plaatselijke Delhaize of Colruyt te gaan, ook de volwassenen. Ik herinner me nog levendig het beeld van rijkswachtcombi’s op de parkings en scherpschutters op de daken van de warenhuizen in die periode. Er werd toen dus ook gestreden tegen een onbekende vijand, die op elk moment op eender welke plaats kon toeslaan. Meer dan dertig jaar later zijn de daders en eventuele andere betrokkenen nog steeds niet gekend. Conclusie: vroeger was er zeker en vast ook ellende, maar door de bril van nu leek het toen allemaal minder erg en allemaal nog overzichtelijk. De samenleving was nog niet ontwricht. Nu hebben we een gigantische exodus meegemaakt. Een exodus die nooit had mogen gebeuren indien de VN tijdig had ingegrepen. Waar zijn de VN-blauwhelmen van 20 jaar geleden gebleven? Toch niet in Kosovo achtergelaten zeker?
Het was brutaal ontwaken uit mijn gezellige, wollige jaren ‘70-droom, die achtste september, toen ik in Braine l’Alleud naar de Nick Cave-film ‘One more time with feeling’ ging kijken. Vorig jaar, na het dodelijke ongeval van zijn zoon, vreesde ik dat Nick Cave de Australisch-Britse Jeroen Brouwers zou worden en zich de rest van z’n dagen zou terugtrekken in Brighton om zich fulltime op het schrijven toe te leggen. Muziek, dat konden we wel vergeten. Dacht ik dus verkeerd. Want uit de docu bleek dat een nieuwe plaat, ‘Skeleton tree’, tot de therapie en het rouwproces van Cave hoorde om de dood van z’n zoon te verwerken. Of een aantal songs al dan niet gemaakt werden voor het ongeval doet er niet toe: Cave moest, om er zelf niet aan onderdoor te gaan, hoe dan ook een nieuwe plaat uitbrengen. ‘Skeleton tree’ zorgde, samen met het bijhorende ‘One more time with feeling’ voor een vroege, donkere herfst. Met open mond heb ik Die Avond naar de film zitten staren. Nooit eerder was ik met zo’n neerslachtig gevoel een cinemazaal.buiten gegaan. “Cave zien we nooit meer op een podium!” zei ik toen op de terugweg naar huis nog tegen mijn madam, maar kijk: inmiddels is er al een Amerikaanse tournee aangekondigd voor volgend jaar. Benieuwd eigenlijk wat dat zal worden. Ik kan me niet inbeelden dat Cave nog in staat is om als een bezetene over het podium te razen, laat staan ‘the firstborn is dead!’ te brullen.
‘You want it darker?’, vroeg Leonard Cohen een maand later en hallelujah nog aan toe, wat was me dat ook alweer een inktzwarte plaat zeg. Cohen die, net als Bowie, op zijn beurt zijn eigen dood aankondigde op zijn nieuwe plaat. Voor hetzelfde geld leef je nog een jaar of 20 beste Lenny, dacht ik nog die eerste dagen na de release, waarna ik me vooral stoorde aan de mix van de plaat. De hemelse muziek was te ver naar de achtergrond verdrongen, vond ik. Een paar weken later was Cohen dood. Meteen begreep ik dat die vreemde mix van ‘You want it darker’ de enige juiste was. De plaat heeft me geen dag meer losgelaten en de hele back catalogus van Cohen was de zwarte draad in mijn playlist van november en december. Cohen zorgde er overigens voor dat ik ook ‘Schaduwland’ van Jan Swerts kocht; een plaat die ik aanvankelijk links had laten liggen, omdat het vorige werk van Swerts me niet pakte. Een stommiteit, want de muziek op ‘Schaduwland’ vat heel 2016 perfect samen – donker, naargeestig, triestig en deprimerend – en de hoes schetst Scrooge-gewijs een somber apocalyptisch toekomstbeeld. Een realistisch beeld echter, want ik vermoed dat 2017 nog donkerder en rampzaliger zal worden dan het door iedereen vervloekte 2016. Zelfs Keith Richards voelt zich nu al ‘Blue and lonesome’…
Alweer heel mooi geschreven en erg herkenbaar. Er is veel ellende, maar als die ook tot schoonheid leidt is er misschien toch ergens een soort van balans…
LikeLike