Net terug van een avondje eten in ‘De Zogeraa’ in Lembeek. Het was immers Ann haar verjaardag en ze trakteerde mijn madam en mij op een uitgebreid diner. Ann is één van de beste vriendinnen van mijn madam. Beiden kennen mekaar al zo’n 25 jaar; sinds de kleuterschool dus en sinds enkele jaren zijn ze zelfs collega’s geworden op de dienst administratie van het Regionaal Ziekenhuis Sint Maria in Halle.
Wel, ik heb fantastisch goed en veel gegeten moet ik zeggen. Anders zit ik nu, terwijl ik voor mijn blog schrijf, nog wat te eten, maar er kan deze keer écht geen hap meer bij of ik ontplof. Lèkker dat het allemaal was zeg: met het voorgerecht, scampi’s in een overheerlijke saus van het huis, had een normale eter eigenlijk al genoeg gegeten. Aangezien ik een grote eter ben, had ik er enkel maar een goeie fond mee gelegd voor het hoofdgerecht. Als hoofdgerecht had ik een entrecote saignant met champignonsaus besteld. Nu heb ik dergelijk gerecht al in zowat 100 restaurants gegeten, maar deze keer overtrof alle voorgaande keren. In ‘De Zogeraa’ kijken ze blijkbaar niet op een stukje vlees, want mijn entrecote hing zowat over mijn bord; zo’n enorme lap vlees dat het was. Het vlees smolt zowat in mijn mond; zo’n dikke, zachte lap vlees zeg. Bovendien was de champignonsaus de beste die ik in jaren gegeten had en dan was er nog die bérg frieten. “Ge moogt gerust frieten bijvragen hoor”, zei de garçon. Ik dacht in mijn eigen: “Manneke; als ik dat hier allemaal überhaupt al ga opkrijgen, zal ik al dik kontent zijn mè gedacht!” Nu, ik ben sowieso een trage eter maar ik denk dat ik er nu toch een klein uur over gedaan heb om mijn hoofdschotel binnen te werken. Na deze decadente hoofdschotel was ik eigelijk voldaan. Ons Ann vond echter dat er nog een laagje bovenop kon en dus vroeg ze de dessertkaart. Bon, de jarige spreek je niet tegen, want dat zou immers onbeleefd zijn en aangezien ik een beleefde jongen ben… Dus werd het voor mij tiramisu als dessert. Ik neem immers altijd tiramisu als het op de kaart staat. Nu is tiramisu een bijzonder moeilijk te bereiden dessert en dus kan dat al eens tegenvallen. Niet in De Zogeraa. De tiramisu was immers perfect: het laagje cacaopoeder was nog puur poeder en dus geen papje geworden en het vulsel was overheerlijk zacht en licht van smaak. Het is de eerste keer dat een tiramisu van een restaurant mag concurreren met de tiramisu die mijn moeder altijd klaarmaakt. Een bomvolle maag, een perfect diner, een voldaan gevoel: in De Zogeraa zullen ze mij nog dikwijls terugzien.
Tussen het voorgerecht en de hoofdschotel hadden we Ann haar verjaardagscadeau gegeven: van mijn madam kreeg ze ‘Vanbinnen’, de nieuwe cd van Clouseau en van mij kreeg ze ‘Twee’, de nieuwe cd van Wim Soutaer. Nu, ik heb er niets op tegen hoor. Van mij mag iedereen gerust luisteren naar wat ie wil. Als Ann gelukkig wordt van de muziek van Clouseau en Wim Soutaer, wie ben ik dan om te zeggen dat dat ‘foute muziek’ zou zijn? Dat neemt niet weg natuurlijk, dat ik een eigen mening heb over dat soort ‘artiesten’.
Neem nu Wim Soutaer. Typisch een produkt van het Idool-circus. De platenfirma’s zitten met de handen in het haar, want zélf kunnen ze blijkbaar geen ‘idool’ meer creëren en dus organiseren ze maar een ‘Idool’-wedstrijd op TV om het publiek dan maar zélf te laten beslissen wie hun idool mag worden. Pas op; de platenfirma’s verkopen nog altijd genoeg cd’s. Wat zeg ik; de verkoop van cd’s gaat de laatste tijd weer in stijgende lijn. Alleen: ze verkopen niet meer dezelfde vrachtladingen cd’s van één of enkele artiesten zoals 20 jaar geleden, wat maakt dat een artiest niet meer puur van zijn cd-verkoop kan leven. Iedereen koopt tegenwoordig immers vanalles qua muziek en dat maakt dat er sinds enkele jaren geen échte idolen die zowat de hele massa aanspreken, meer zijn. De platenfirma’s behalen dus geen verkooppieken meer met één artiest; de verkooplijn op de grafiek loopt zowat egaal over hun hele artiestenstal.
Dat zint arrogante klootzakken als een Bart Brusseleers, de omhooggevallen grote pief van BMG, duidelijk niet meer. Hij wil koste wat het kost de mensen middels ‘Idool’ opnieuw artiesten opdringen die iedereen moet goedvinden en zodoende een ‘idool’ kunstmatig creëren. Brusseleers zijn definitie van een ‘idool’ is dan ook kortzichtig en gedateerd: een artiest moet volgens hem enkel maar de hem opgelegde tekst mooi kunnen zingen en tegelijkertijd de idiote danspasjes uitvoeren die hem aangeleerd werden. Meer ‘talent’ moet een artiest volgens Brusseleers niet hebben. Stel je voor, dat een idool zijn eigen song zou schrijven, zelf een instrument zou bespelen. Dat kan gewoon niet in de denkwereld van Brusseleers. Wel, meneer Brusseleers, wat mij betreft kun je de boom in met je nep-idolen.
Ik richt mijn pijlen dus niet zozeer op de marionetten van meneer Brusseleers. Zij kunnen er tenslotte ook niet aan doen dat ze in een apenpakje gestoken worden. Nee, ik richt ze op meneer Brusseleers zélf. Mensen als een Wim Soutaer proberen immers gewoon van muziek te leven en dat is hun volste recht. Iedereen heeft immers het recht voor de job te kiezen die hij of zij graag wil doen. Alleen: ik zou Soutaer niet echt een artiest durven noemen. Een artiest vind ik nog steeds iemand die z’n muziek volledig zélf schrijft, z’n liedjes zélf componeert, z’n teksten zélf schrijft en als het effe kan ook zélf zijn muziek produceert, want dan kan hij écht de muziek op band pleuren die alleen hij in z’n hoofd hoort. Begrijp me niet verkeerd: Wim Soutaer heeft best wel een technisch goeie stem, maar voor de rest brengt hij enkel muziek die hem opgedrongen wordt door z’n platenfirma. Misschien is hij daar gelukkig mee, misschien ook niet; dat zullen we wellicht nooit weten.
Winnaar Peter Evrard van de vorige Idool-editie was in ieder geval overduidelijk niet tevreden over de muziek die hem opgedrongen werd voor z’n eerste cd en liet dat dan ook blijken. Resultaat: Evrard werd nadat hij zijn contract van één jaar en voor één plaat uitgediend had, op de straatstenen geflikkerd bij BMG en dat was het dan voor kersvers Idool Evrard. Nu, ik had dit zien aankomen hoor tijdens die finale-aflevering van de eerste ‘Idool’. Het was de enige aflevering die ik gezien had en die finale-aflevering leverde bijzonder interessante televisie op; tenminste voor wie, zoals ik, keek op de details. Je zag immers zo op de achterbakse smoel van Brusseleers dat hij niet opgetogen was met de overwinning van Evrard. Natuurlijk niet: Evrard bracht immers muziek die meneer Brusseleers niet in gedachten had bij het idoolprofiel dat hij voor ogen had. Wel meneer Brusseleers, dan had je maar geen wedstrijd moeten organiseren waarbij het publiek besliste. Het publiek kan immers soms gelukkig nog verrassend uit de hoek komen. Nee, het was duidelijk dat Brusseleers helemaal opgegeild was geweest door de wulpse, ferm uit de kluiten gewassen Natalia. Ik, van mijn kant, dacht dat Natalia zich vergist had van wedstrijd en dat ze eigenlijk op het podium van de ‘miss boerinnenverkiezing’ had moeten staan, maar door een stom toeval – iemand had haar wellicht de verkeerde deur gewezen – op het podium van Idool was beland. Met de elegantie van een overjaarse kip waggelde ze over het podium en haar stem, of wat daarvoor moest doorgaan, had tijdens die finale iets van een varken dat net gehoord had dat binnenkort zijn spieringen voor 3 euro per kilo bij de plaatselijke beenhouwerij ‘De Beul’ zouden liggen.
Ondertussen werd Natalia de persoonlijke wipkip met de gouden eieren van Bartje Brusseleers en is zij uiteindelijk de echte overwinnaar geworden van de vorige Idool-editie. Ik zie het immers zo al voor me wanneer Natalia over 10 jaar met een ‘greatest hits’-verzamelaar opnieuw zal proberen in de belangstelling te komen: wedden dat ze dan zal aangekondigd worden als “de winnares van de allereerste Idool-editie van de Vlaamse Televisie”? Ik hoop dan maar dat iemand zonder erbij na te denken zich de woorden ‘Peter’ en ‘Evrard’ zal herinneren. Dat zou dan ook nog ‘interessante televisie’ kunnen opleveren. Nu, Brusseleers is, wellicht tot zijn grootste ergernis, vooralsnog niet helemaal in zijn opzet geslaagd: Natalia verkoopt dan wel goed, doch haar verkoopsresultaten zijn nu ook weer niet buitenproportioneel te noemen. Brusseleers heeft dan wel een ‘idool’ gecreëerd voor een bepaald segment van het platenkopend publiek, maar niet, zoals hij wellicht gehoopt had, voor de grote massa. Natalia is niet de nieuwe Madonna geworden en al zéker niet de nieuwe Aretha Franklin.
Keikop Bartje geeft het echter jammer genoeg nog niet op, want inmiddels loopt er alweer een nieuwe Idool-editie. Mij niet gelaten hoor. Ik heb er geen enkel probleem mee; mij heeft hij niet bij mijn pietje deze keer. Ik heb nog steeds geen enkele aflevering gezien en ik hoop dat deze keer zo te houden ook. Het kan mij dan ook compleet gestolen worden, dat hele gladde, debiele, idiote Idolen-circus. Toch hoop ik dat Ann gelukkig is met haar nieuwe Wim Soutaer-cd en dat ze er nog veel luisterplezier mag aan beleven. Nog een gelukkige verjaardag gewenst, Ann, en ge moogt gerust nu al opnieuw in De Zogeraa reserveren voor uw verjaardag van volgend jaar!