9/12 :: Het Jaar 3 Na Cash

Waar was u Die Vrijdag, 12 september 2003? Een niet nader genoemd forum leert me dat ik Die Dag alleszins bij Eddy’s Records te Halle de volgende crap & bollocks gekocht heb: ‘Other side of daybreak’ van Beth Orton, ‘Silence is easy’ van Starsailor, ‘Thirteenth step’ van A Perfect Circle, ‘Storm’ van Heather Nova, ‘Reality’ van David Bowie, ‘North’ van Elvis Costello en ‘Worldwide underground’ van Erykah Badu. Voor de rest herinner ik me niets meer van Die Dag. Van die gekochte cd’s ook niet trouwens; die staan sinds de aankoop stof te vergaren in mijn cd wall.

 

Wat ik wél nog weet is dat Natascha en ik de dag erna naar het More Fine Music Festival in Zottegem geweest zijn. Elliott Murphy en The Jayhawks stonden er op de affiche, maar we waren ook nog net op tijd om het optreden van de gewéldige Imperial Crowns mee te pikken.  Elliott begon z’n optreden toen met de mededeling dat Johnny Cash de dag ervoor overleden was en z’n band zette als eerbetoon prompt ‘I walk the line’ in. Ik stond perplex. ’s Vrijdags moet ik toen alle nieuwsberichten gemist hebben en dus kwam dat nieuws van het overlijden van Cash als bij donderslag. Dat ik dat nieuws uitgerekend van Elliott Murphy moest vernemen, leek achteraf bekeken wel voorbestemd.

 

Ik werd overigens pas voor het eerst geconfronteerd met Johnny Cash via U2. In de zomer van ’93 kreeg ik namelijk van Natascha ‘Zooropa’ van U2 dat toen net verschenen was. Niet bepaald U2 hun beste album maar van één nummer was ik meteen onder de indruk. Die diepdonkere Stem die met het adembenemende ‘The wanderer’ Zooropa op fenomenale wijze afsloot hoorde ik toen voor het eerst. Het bleek om de gevallen countryster Johnny Cash te gaan. Die naam zei me vaagweg wel iets, maar ik kende niets van zijn muziek. Cash en country in het algemeen kwamen nu niet bepaald in de platencollectie van m’n ouders voor.

 

Toch ging ik nog niet op zoek naar het werk van Cash en het was pas een jaar later dat ik opnieuw geconfronteerd werd met hem: De hoesfoto van ‘American Recordings’ werd namelijk als foto in Humo gebruikt bij Marc Didden zijn recensie ervan. Hiermee wist ik meteen wat men al die tijd bedoelde met ‘The Man in Black’. Ik was diep onder de indruk van die foto en diezelfde week nog kocht ik me ‘American recordings’ voor het eerst. Voor het eerst, want ik kocht ‘American recordings’ vorig jaar voor de tweede keer. Mijn eerste versie ervan had ik letterlijk kapot gespeeld. Dat heb ik wel meer met Koesterplaatjes, maar da’s weer een apart verhaal.

 

Die ‘American recordings’ was toen eigelijk een zware gok van producer Rick Rubin: Cash z’n carrière zat al jaren in het slop en het was nog maar de vraag hoe het publiek en de media zouden reageren op een comeback van The Man in Black. De reacties die ik kreeg na mijn aankoop van ‘American recordings’ logen er alvast niet om: ik werd in de platenwinkel vlak in m’n gezicht uitgelachen door de uitbater van de toenmalige Doctor Vinyl in Halle. “Awel Roen, gaat ge naar ouw peekes muziek beginnen luisteren” en meer van dat leuks kreeg ik toen te slikken. Maar Johnny Cash kon steunen op de vele positieve recensies die het album kreeg en de meesten spraken terecht van een meesterwerk, waardoor de verkoop alsnog de hoogte in schoot. Johnny Cash z’n comeback was een feit.

 

Toch had ik nog niet meteen het Cash-virus te pakken met ‘American recordings’. Het is dan ook niet bepaald een plaatje dat je op je 20ste naar waarde kunt schatten en dus duurde het nog een hele tijd voor ik ‘American recordings’ écht begon te appreciëren. Idem voor ‘Unchained’, de tweede American recordings-plaat en ‘American III: Solitary man’. Die beide platen kocht ik ook meteen na de release, maar ik was in die periode eigelijk met andere muziek bezig waardoor ik ze ook een hele tijd links liet liggen.

 

Vervolgens leerde ik in het jaar 2000 pas het oudere werk van Cash kennen via de ‘Love God Murder’ 3cd-box die toen verschenen was. Eigelijk kocht ik die box toen om de verkeerde reden: Op de hoessticker werden immers Quentin Tarantino en Bono vermeld die de linernotes hadden geschreven bij resp. ‘Murder’ en ‘God’.

 

Dé klik kwam er pas toen in de herfst van 2002 ‘American IV: The man comes around’ verscheen. Die uiterst sombere plaat hielp me in die periode door de donkerste periode uit m’n leven en dankzij ‘American IV’ herontdekte en begreep ik eindelijk de 3 vorige ‘American recordings’-platen én de 3cd box ‘Love God Murder’. Bij Cash vond ik toen eindelijk de troost die ik op dat moment zo hard nodig had en ik kreeg weer zin in het leven dankzij Cash. Logisch dan ook dat zijn dood een jaar later zo’n kaakslag was. Het was sinds Kurt Cobain geleden dat ik zo aangedaan was door de dood van een muzikale Held.

 

Na z’n dood verscheen algauw de lijvige ‘Unearthed’-box, maar het duurde uiteindelijk nog tot begin dit jaar eer ik de limited edition van die box aanschafte. Die aanschaf was vooral op aanraden van muziekjournalist Peter Mestach die me tijdens enkele Elliott Murphy-concerten steeds weer die box aanprees. Tussendoor kocht ik ook nog de 2 legendarische gevangenisplaten ‘At San Quentin’ en ‘At Folsom Prison’ in een box waarbij ook het vroeg jaren ’70-album ‘America’ stak. Begin dit jaar kocht ik die gevangenisplaten nog eens vanwege de mooie heruitgave ervan.

 

2006 is overigens al een duur Johnny Cash-jaar geweest voor mij, want met de Monumentale ‘Legend’-box schafte ik me meteen hét Kroonjuweel van mijn platencollectie aan. Die ‘Legend’-box kostte me 200 e
uro, maar is z’n prijs méér dan waard. Het is dan ook dé Ultieme Johnny Cash-schatkist en eigelijk Onmisbaar in de collectie van elke Johnny Cash-fan. Die box maakt immers in één klap de vele honderden Johnny Cash-compilaties en waarschijnlijk ook vele studioplaten overbodig en je krijgt er nog heel wat extra’s bovenop. Bovendien is het een vrij uniek exemplaar want er werden maar 20.000 stuks van gemaakt. Zo kan ik zeggen dat ik de trotse eigenaar ben van nr.167 hetgeen mooi gegraveerd staat in een ijzeren plaatje achteraan in het lijvige boek.

 

En dan was er een paar maanden geleden ‘American V: A hundred highways’; het emotionele ‘American recordings’-sluitstuk met Johnny Cash z’n allerlaatste opnames vlak voor z’n dood. Guy schreef er een mooie, perfecte recensie over voor Goddeau en wat mezelf betreft is ‘American V’ dé Plaat van het jaar. En bij uitbreiding de derde beste plaat van de nog jonge 21ste eeuw.

 

Sinds dit jaar gaat er geen week meer voorbij zonder een paar cd’s van Johnny Cash beluisterd te hebben en ik vermoed dat dat nog wel een tijdje zo zal doorgaan. Ik heb inmiddels de leeftijd bereikt dat ik Johnny Cash begrijp, aanvoel en me er zelfs vanwege sommige songteksten verbonden mee voel. Zéker na het zien van het ontroerende ‘Walk the line’, waarin ik veel van mezelf herkende in Cash. Ik weet niet of je nog muzikale Helden mag hebben na je dertigste, maar to hell with that.  Johnny Cash is op dit moment in m’n leven de Allergrootste die er ooit geweest is. Beter Cash dan Laura Lynn, Lotti of Clouseau denk ik maar. Johnny Cash moeten ze in ieder geval draaien op m’n begrafenis. Zij die zich hierbij aangesproken voelen weten hiermee genoeg.

 

Ik heb overigens lang getwijfeld of ik mijn Johnny Cash-collectie nog zou uitbreiden, maar uiteindelijk vind ik ze hiermee, tenzij iemand nog suggesties zou hebben, redelijk compleet voor mezelf:

 

1. American Recordings

2. Unchained3. American III: Solitary man4. American IV: The man comes around5. American V: A hundred highways6. Unearthed (limited edition, 5cd)7. Legend (limited edition, 5cd+dvd+litho)8. Duets (with June Carter Cash)9. Personal file (2cd)10. My mother’s hymn book (zit ook in ‘Unearthed’)11. At San Quentin (2 maal)12. At Folsom Prison (2 maal)13. America14. Love God Murder (3cd box)


en daarnaast ook nog en niet te versmaden:
15. June Carter Cash: Keep on the sunny side, her life in music
16. June Carter Cash: Wildwood flower
17. Rosanne Cash: Rules of travel
18. Rosanne Cash: Black cadillac
19. de ‘Walk the line’-soundtrack

Een gedachte over “9/12 :: Het Jaar 3 Na Cash

Reacties zijn gesloten.